De Eerste Kamer heeft deze week ingestemd met het wetsvoorstel dat luchtvaartmaatschappijen verplicht om passagiersgegevens met de overheid te delen. Dit betekent dat gegevens van vliegtuigpassagiers met vertrek of aankomst in Nederland vijf jaar lang opgeslagen zullen worden in een database.
Hiervoor zal de eenheid Passagiersinformatie Nederland (Pi-NL) worden opgericht. In de database zullen reserverings- en check-in-gegevens worden bewaard. Voorbeelden hiervan zijn naam- en adresgegevens, telefoonnummers, e-mailadressen, geboortedata, reisdata, ID-documentnummers, bestemmingen, medepassagiers en betaalgegevens. De eenheid Pi-NL kan passagiersgegevens uitwisselen, maar ook het resultaat van de verwerking met Europol en vergelijkbare eenheden van andere lidstaten. Tevens krijgen het Openbaar Ministerie, de politie, de bijzondere opsporingsdiensten, de Koninklijke marechaussee en de Rijksrecherche de mogelijkheid om bij de eenheid Pi-NL informatie op te vragen.
De Tweede Kamer ging afgelopen maart al akkoord met het wetsvoorstel, dat de Europese PNR-richtlijn (Passenger Name Record) omzet in Nederlands recht. Stichting Privacy First is uiterst kritisch over het wetsvoorstel: “In wezen wordt iedere vliegtuigpassagier hierdoor behandeld als potentiële crimineel of terrorist. In 99,99 procent van de gevallen betreft het echter volstrekt onschuldige burgers, voornamelijk vakantiegangers en zakenreizigers.”
