Een oud-klant van ABN Amro is door de Geschillencommissie Financiële Dienstverlening van het Kifid in een niet-bindende uitspraak tegen de bank in het gelijk gesteld en heeft recht op een schadevergoeding van vijfduizend euro. Een medewerker van ABN Amro zou de bankgegevens van de oud-klant zonder toestemming hebben bekeken en door hebben gespeeld naar derden.
Tijdens een echtscheidingsprocedure kreeg de oud-klant het vermoeden dat zijn ex-echtgenote over dermate gedetailleerde bankinformatie beschikte, dat hier mogelijk sprake was van een schending van het bankgeheim. De zus van zijn ex-echtgenote werkte bij de bank en om die reden ontstond het vermoeden dat de specifieke informatie via haar verkregen zou zijn. De man diende driemaal een verzoek in om de schending van het bankgeheim te onderzoeken. Pas naar aanleiding van het derde verzoek besloot ABN Amro werk van de zaak te maken, en kwam tot de conclusie dat een medewerker inderdaad de gegevens had ingezien. Het incident zou met de betreffende medewerker worden besproken en de man ontving een cadeaubon.
De oud-klant liet het hier echter niet bij zitten en klopte bij de Geschillencommissie aan voor een vergoeding van immateriële schade. De commissie heeft uiteindelijk geconcludeerd dat inderdaad sprake was van een schending van het bankgeheim, dat bankgegevens zonder toestemming zijn gedeeld met derden en dat de bank niet naar behoren heeft gehandeld. Omdat hiermee de persoonlijke levenssfeer van de man is aangetast, heeft de man volgens de commissie recht op een schadevergoeding van € 5.000. De man is sindsdien overgestapt naar een andere bank.
Kifid is een onafhankelijke organisatie die klachten behandelt over financiële producten en diensten. Deze uitspraak is niet-bindend van aard en tegen de uitspraak staat geen hoger beroep open. Indien ABN Amro besluit het advies van de commissie niet op te volgen, kan de zaak alsnog aan de rechter worden voorgelegd.
Klik hier om de volledige uitspraak te bekijken.
